langharig
Uiterlijk
- lang·ha·rig
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | langharig | langhariger | langharigst |
verbogen | langharige | langharigere | langharigste |
partitief | langharigs | langharigers | - |
langharig
- lang haar hebbende
- Mannen met lange haren werden in de jaren '60 en '70 langharig werkschuw tuig genoemd.
- Langharige honden en katten kunnen als ze hun haren verliezen veel rotzooi maken in huis.
- Het woord langharig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "langharig" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen.[1] |
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be