landmacht

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  landmacht    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• land·macht

Woordherkomst en -opbouw

• In de betekenis van ‘krijgsmachtonderdeel dat strijdt te land’ voor het eerst aangetroffen in 1814
• samenstelling van  land  en  macht 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	landmacht	landmachten
verkleinwoord	landmachtje	landmachtjes

Zelfstandig naamwoord

de landmacht v / m landmacht

1. (militair) krijgsmacht te land

Synoniemen

• leger, grondleger

Verwante begrippen

• marine, luchtmacht
• infanterie, cavalerie, artillerie

Afgeleide begrippen

• landmachtbevelhebber, landmachteenheid, landmachtgeneraal, landmachtorder, landmachtstaf, landmachttop

Vertalingen

    1.   

Spaans: Ejército (es) m

Gangbaarheid

• Het woord landmacht staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "landmacht" herkend door:

99 %	van de Nederlanders;
98 %	van de Vlamingen.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.