labjas

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

labjas
Uitspraak
Woordafbreking
  • lab·jas
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord labjas labjassen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de labjasv / m

  1. (kleding) witte jas die men over zijn kleding draagt in een laboratorium
    • Gedurende het open huis van de Universiteit Twente zijn er talloze demonstraties, lezingen en rondleidingen tussen 11.00 en 16.00 uur. Zo is er een ‘exoskelet’ te zien, een soort robotpak dat mensen met een dwarslaesie het mogelijk maakt te lopen. Ook is er de kans zich te onderwerpen aan een leugendetector. Wie een ‘labjas’ aantrekt kan een tour maken door het nano-, robot- of virtual reality-lab. Professor Blank en professor Steenbergen geven lezingen over uiteenlopende onderwerpen als nanotechnologie en tumoren. [1] 
    • Wie meetelt, komt net niet aan vier bruiloften en één begrafenis en merkt hoe de corrigerende onderbroek van Bridget Jones is vervangen door een unisex labjas. Niks mis met emancipatie. Jammer dat Roos niet kan fileparkeren. En dat die emancipatie belachelijk wordt gemaakt wanneer haar Gay Best Friend trouwt in een jurk waar zelfs Barbie voor zou bedanken. [2] 
Synoniemen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen