kwaaie

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kwaaie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kwaaie kwaaien
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de kwaaiev / m

  1. (persoon) iemand die snel boos wordt
    • Ze benoemen in de show ook zaken die direct uit het geheugen gewist mogen worden. ,,De Furby, wat mij betreft, zegt Chantal. ,,Ik heb een heel kwaaie thuis. Mijn zoontje James heeft 'm verwaarloosd en nu is het net zo'n - hoe heet dat ook alweer, die verandert in een monster als hij nat wordt? - Gremlin. Ik ben doodsbang voor het geluid dat eruit komt. Mijn vader heeft de batterijen er op mijn verzoek eens uitgehaald, maar mijn man en James hebben die er weer ingestopt.<ref>Tubantia Marlies van Leeuwen 17-10-2015  
Synoniemen
Uitdrukkingen en gezegden
  • een kwaaie aan iemand hebben
iemand die boos is en niet meewerkt

Gangbaarheid

95 % van de Nederlanders;
86 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be