kvalitet
Uiterlijk
- kva·li·tet
- Afkomstig van het Latijnse zelfstandige naamwoord qualitas (genitief van qualitātis), dat van qualis komt
Naar frequentie | 6926 |
---|
enkelvoud | meervoud | |||
---|---|---|---|---|
onbepaald | bepaald | onbepaald | bepaald | |
nominatief | kvalitet | kvaliteten | kvaliteter | kvaliteterna |
genitief | kvalitets | kvalitetens | kvaliteters | kvaliteternas |
kvalitet, g
|
- ↑ 1,0 1,1 1,2 Falkblick (#språkråd): Kvalité eller kvalitet? (in het Zweeds)
- De Zweedse Taalraad (Språkråd) beveelt aan het woord 'kvalitet' in plaats van 'kvalité' te gebruiken en het aan het eind met 't' uit te spreken.