kruispost
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Inhoud
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- kruis·post
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van kruis zn en post zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kruispost | kruisposten |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
kruispost m
- (boekhouding) een grootboekrekening waarop alle overboekingen geboekt worden
- Noord-Holland wil weten of de kasbeheerder meer heeft misdaan en schakelt de forensische accountants van Integis in. Onderzoek brengt aan het licht dat de man ook herhaaldelijk geld heeft opgenomen met een bankpas van de provincie. Hij beschikt daarover als beheerder van de kleine kas. Tussen 2011 en 2014 neemt hij zeventien keer bedragen op van 250 tot 500 euro, in totaal 8.250 euro. Die bedragen worden geboekt als ‘kruisposten’, maar worden nooit in de kas gestort. [1]
Vertalingen
1. een grootboekrekening waarop alle overboekingen geboekt worden
Gangbaarheid
- Het woord kruispost staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'kruispost' herkend door:
90 % | van de Nederlanders; |
82 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- ↑ NRC Merijn RengersJorg Leijten 11 juli 2017 Corruptie en fraude in de provincies