kruimig

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  kruimig    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• krui·mig

Woordherkomst en -opbouw

• afleiding van kruim met het achtervoegsel -ig

	stellend	vergrotend	overtreffend
onverbogen	kruimig	kruimiger	kruimigst
verbogen	kruimige	kruimigere	kruimigste
partitief	kruimigs	kruimigers	-

Bijvoeglijk naamwoord

kruimig

1. van aardappels dat als ze gekookt zijn ze makkelijk in 'kruimels' uiteenvallen

   • Schil de aardappels en snijd ze doormidden. Zorg voor je stamppot altijd voor een smakelijk kruimig aardappeltje. Dus nooit vastkokend! Want dan krijg je lijmerige stamppot. Kook ze in water met een flinke snuf zout voor circa 20 minuten tot ze gaar zijn. Dus dat je er makkelijk met een vork doorheen kunt prikken.  
   • Vooralsnog is zelf aan de slag gaan pure noodzaak. Dus heeft deze week de oudjaarsdrab plaatsgemaakt voor goudgele olie. De eerste poging slaagde meteen: verse friet bakken is zó makkelijk en kost, afgezien van het schillen, niet eens heel veel meer tijd dan de Avikovariant. Het is een kwestie van de juiste aardappels (niet al te kruimig, maar zeker niet te vastkokend), zorgvuldig drogen (voor een knapperige korst) en in kleine porties voorbakken (in mijn drieliterpan bak ik hoogstens patat van één grote aardappel per sessie).  
   • Inmiddels heb je de spekjes helemaal uitgebakken en daar een klein beetje soja en water bij gedaan, dan is de jus ook al klaar. Bak de casselerrib tot de randjes mooi knapperig zijn. Zet er wat kruimige gekookte aardappels naast. We drinken er een cider bij. Omdat je het najaar ook moet vieren. Bijvoorbeeld een Krenkelaar van de Fruitmotor, de publiekslieveling van de onlangs gehouden Nationale Ciderwedstrijd van Foodlog.  
   • Overigens is het een kunst, bloemige of kruimige aardappelen goed te koken. In de schil stomen is mooi makkelijk, maar zonder schil wordt het al een ander verhaal. Kruimige aardappelen hebben een niet altijd te voorzien omslagpunt, waarop de buitenkant ineens helemaal los raakt en dan heb je los kruim. Nét voor die tijd moet je ophouden met koken.  

Synoniemen

• bloemig, kruimelig, brokkelig, kruimelend

Antoniemen

• vastkokend

Vertalingen

    1.   

Engels: crumbling (en)

Gangbaarheid

• Het woord kruimig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kruimig" herkend door:

94 %	van de Nederlanders;
71 %	van de Vlamingen.