kroning

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kro·ning
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kroning kroningen
verkleinwoord kroninkje kroninkjes

Zelfstandig naamwoord

de kroningv

  1. ceremonie waarbij een kroon op het hoofd van een vorst, meestal een keizer of koning, wordt geplaatst
    • De kroning is in Nederland vervangen door de "inhulding". 
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
96 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be


Deens

Zelfstandig naamwoord

kroning g

  1. kroning

Verwijzingen