kranswier
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- krans·wier
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van krans zn en wier zn , terugvorming uit kranswieren zonder de uitgang -en
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kranswier | kranswieren |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het kranswier o
- (algen) benaming voor meercellige algen uit groep Charophyta , die in water leven en veel van landplanten hebben
- ▸ „Kijk, hier groeit weer gebogen kransblad”, wijst Ron van 't Veer. Hij vist een plukje van het uiterst zeldzame kranswier uit de glasheldere sloot, die eruit ziet als een aquarium.[1]
Gangbaarheid
- Het woord 'kranswier' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Weblink bron Marion de Boo“Roerdompriet en gruttogras” (n14 februari 2004) op nrc.nl
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 9
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 2 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Samenstelling in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Algen in het Nederlands
- Niet in Woordenlijst Nederlandse Taal