kousjes
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: kousjes (hulp, bestand)
- IPA: / ˈkɑuʃəs / (2 lettergrepen)
- (Noord-Nederland): /kʌʊ̯.ʃəs/
- (Vlaanderen, Brabant): /kɔʊ̯.ʃəs/
- (Limburg): /kaʊ̯.ʃəs/
Woordafbreking
- kous·jes
Zelfstandig naamwoord
de kousjes mv
- verkleinwoord meervoud van het zelfstandig naamwoord kous