koraalkleurig
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ko·raal·kleu·rig
Woordherkomst en -opbouw
stellend | |
---|---|
onverbogen | koraalkleurig |
verbogen | koraalkleurige |
Bijvoeglijk naamwoord
koraalkleurig
- (kleur) de kleur van koraal hebbend, een zachte oranjerode kleur
- Hij rijdt in een koraalkleurige auto.
Synoniemen
Kleuren in het Nederlands (nld) (de kleuren zijn slechts indicatief) (zie ook: RAL-kleuren)
Gangbaarheid
- Het woord 'koraalkleurig' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.