koorddanste
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: koorddanste (hulp, bestand)
Woordafbreking
- koord·dans·te
Werkwoord
vervoeging van |
---|
koorddansen |
koorddanste
- enkelvoud verleden tijd van koorddansen
- Ik koorddanste.
- Jij koorddanste.
- Hij, zij, het koorddanste.
- Ik koorddanste.