koningsalbatros

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ko·nings·al·ba·tros
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord koningsalbatros koningsalbatrossen
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

de koningsalbatrosm

  1. (buissnaveligen) benaming voor twee soorten grote zeevogels die broeden in de buurt van Nieuw-Zeeland en vroeger als één soort werden beschouwd
     In Nature noemen twee Franse vogelkundigen vooral de donkere nestveren; het witte in plaats van blauwe ooglid; de zwarte streep op de snavel, die we ook bij de koningsalbatros zien, en de donkere snavelpunt als belangrijke punten van onderscheid.[1]
Hyperoniemen
Hyponiemen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 3 januari 2021 Weblink bron Amsterdam-albatros in: De Telegraaf op Wikipedia, jrg. 90 nr. 29773 (24 september 1983), Dagblad De Telegraaf, Amsterdam, 45 (41) kol. 2/4