komeet

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

komeet van Halley
Uitspraak
Woordafbreking
  • ko·meet
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans of Latijn, in de betekenis van ‘staartster’ voor het eerst aangetroffen in 1285 [1]
  • [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord komeet kometen
verkleinwoord komeetje komeetjes

Zelfstandig naamwoord

komeet v/m

  1. (astronomie) een licht hemellichaam van ijs, gas en stof, zich in een baan ver buiten die van de planeten bewegend, dat bij het naderen van de zon een wolk van gas en gruis in de vorm van een staart ontwikkelt
    • De terugkeer van de komeet Halley was een feit. 
Synoniemen
Hyperoniemen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen