kollisjon

Noors

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
• IPA: / kulɪˈʃuːn /

Woordafbreking

• kol·li·sjon

Woordherkomst en -opbouw

• Afkomstig van Latijn:  collisio zn  ← Latijn:  collidere ww  met het achtervoegsel -sjon

Naar frequentie	16659

	enkelvoud		meervoud
	onbepaald	bepaald	onbepaald	bepaald
nominatief	kollisjon	kollisjonen	kollisjoner	kollisjonene
genitief	kollisjons	kollisjonens	kollisjoners	kollisjonenes

Zelfstandig naamwoord

kollisjon, m

1. (verkeer) aanrijding, botsing, collisie

   «En mann ble sittende fastklemt etter kollisjon mellom tre biler og en lastebil på E18.»

   Een man zat klem geraakt na een botsing tussen drie auto's en een vrachtwagen op de E18.

2. (figuurlijk) botsing, conflict (b.v. van belangen)

Synoniemen

• [1]:  sammenstøt zn 
• [2]:  konfilkt zn 
• [1]:  trafikkulykke zn 

Afgeleide begrippen

• [1]:  frontkollisjon zn 

Nynorsk

Uitspraak

• Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
• IPA: / kulɪˈʃuːn /

Woordafbreking

• kol·li·sjon

Woordherkomst en -opbouw

• Afkomstig van Latijn:  collisio zn  ← Latijn:  collidere ww  met het achtervoegsel -sjon

	enkelvoud		meervoud
	onbepaald	bepaald	onbepaald	bepaald
nominatief	kollisjon	kollisjonen	kollisjonar	kollisjonane

Zelfstandig naamwoord

kollisjon, m

1. (verkeer) aanrijding, botsing, collisie
2. (figuurlijk) botsing, conflict (b.v. van belangen)
3. (figuurlijk) coïncidentie, samenloop (b.v. van omstandigheden)

Synoniemen

• [1]:  samanstøyt zn 
• [2]:  konfilkt zn 
• [3]:  samanfall zn 

Hyperoniemen

• [1]:  ulukke zn 
• [1]:  ulykke zn 
• [1]:  trafikkulukke zn 
• [1]:  trafikkulykke zn 
• [2]:  strid zn 

Afgeleide begrippen

• [1]:  frontkollisjon zn