koketteren/vervoeging
vervoeging van de bedrijvende vorm van koketteren | |||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
onbepaalde wijs | kort | lang | |||||||
onvoltooid | tegenwoordig | koketteren | te koketteren | ||||||
toekomend | zullen koketteren | te zullen koketteren | |||||||
voltooid | tegenwoordig | hebben gekoketteerd | te hebben gekoketteerd | ||||||
toekomend | gekoketteerd zullen hebben | gekoketteerd te zullen hebben | |||||||
onvoltooid deelwoord | voltooid deelwoord | gebiedende wijs | aanvoegende wijs | ||||||
koketterend | gekoketteerd | ev. koketteer |
mv. verouderd koketteert |
kokettere | |||||
aantonende wijs | enkelvoud | meervoud | |||||||
onvoltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||
ik | jij, je | u | gij, ge | hij, zij, het | wij, we | jullie | zij, ze | ||
tegenwoordig (o.t.t.) | koketteer | koketteert | koketteert | koketteert | koketteert | koketteren | koketteren | koketteren | |
verleden (o.v.t.) | koketteerde | koketteerde | koketteerde | koketteerde | koketteerde | koketteerden | koketteerden | koketteerden | |
toekomend (o.t.t.t.) | zal koketteren | zult/zal koketteren | zult/zal koketteren | zult koketteren | zal koketteren | zullen koketteren | zullen koketteren | zullen koketteren | |
voorwaardelijk (o.v.t.t.) | zou koketteren | zou koketteren | zou(dt) koketteren | zoudt koketteren | zou koketteren | zouden koketteren | zouden koketteren | zouden koketteren | |
voltooid | eerste | tweede | derde | eerste | tweede | derde | |||
ik | jij, je | u | gij | hij, zij, het | wij | jullie | zij | ||
tegenwoordig (v.t.t.) | heb gekoketteerd | hebt gekoketteerd | hebt/heeft gekoketteerd | hebt gekoketteerd | heeft gekoketteerd | hebben gekoketteerd | hebben gekoketteerd | hebben gekoketteerd | |
verleden (v.v.t.) | had gekoketteerd | had gekoketteerd | had gekoketteerd | hadt gekoketteerd | had gekoketteerd | hadden gekoketteerd | hadden gekoketteerd | hadden gekoketteerd | |
toekomend (v.t.t.t.) | zal gekoketteerd hebben | zal/zult gekoketteerd hebben | zult/zal gekoketteerd hebben | zult gekoketteerd hebben | zal gekoketteerd hebben | zullen gekoketteerd hebben | zullen gekoketteerd hebben | zullen gekoketteerd hebben | |
voorwaardelijk (v.v.t.t.) | zou gekoketteerd hebben | zou gekoketteerd hebben | zou/zoudt gekoketteerd hebben | zoudt gekoketteerd hebben | zou gekoketteerd hebben | zouden gekoketteerd hebben | zouden gekoketteerd hebben | zouden gekoketteerd hebben |