kogelhuls
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ko·gel·huls
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van kogel en huls
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kogelhuls | kogelhulzen |
verkleinwoord | kogelhulsje | kogelhulsjes |
Zelfstandig naamwoord
- is bij munitie de houder van de kruitlading die samen met de kogel en het ontstekingsmiddel een patroon vormt
- De mannen in de witte pakken zochten de kogelhulzen nadat de maffiabaas was geliquideerd.
Gangbaarheid
- Het woord kogelhuls staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "kogelhuls" herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
97 % | van de Vlamingen.[1] |
Verwijzingen
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be