knorpot

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • knor·pot
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord knorpot knorpotten
verkleinwoord knorpotje knorpotjes

Zelfstandig naamwoord

de knorpotm

  1. iemand die graag en veel klaagt
    • Koen De Bouw en Titus De Voogdt vormen een aanstekelijk komisch duo dat teruggaat op de ouderwetse combinatie van knorpot en clown. Voorts is dit maar een matige dramatische komedie over een bittere man die in het reine moet komen met zichzelf. [2] 
    • Rolf Lassgård vertolkte ooit Kurt Wallander in de eerste reeks Zweedse verfilmingen van Henning Mankells politieromans. Hier speelt hij de man genaamd Ove: een oude norse knorpot die op het punt staat om zichzelf op te knopen – als er niet even iemand aanbelt of tegen zijn brievenbus rijdt. Wat dan? ‘Op een Saab kun je rekenen’, zegt de Zweed met een zucht, terwijl hij de tuinslang in de uitlaat steekt. [3] 
Synoniemen

Gangbaarheid

81 % van de Nederlanders;
96 % van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. De Standaard 24 JUNI 2017 TV-tips
  3. De Standaard 28 JUNI 2016 Een Saab is geen Volvo
  4. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be