knooppunt

Uit WikiWoordenboek
Knooppunt Hoevelaken

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • knoop·punt
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord knooppunt knooppunten
verkleinwoord knooppuntje knooppuntjes

Zelfstandig naamwoord

het knooppunto

  1. (verkeer) een kruispunt van twee of meer grote wegen
    • In de avondspits stond dat knooppunt weer volledig vast. 
  2. (wiskunde) het punt waar twee rechte stukken van een open of gesloten veelhoek bij elkaar komen
  3. (spoorwegen) een plaats waar spoorwegen uit verschillende richtingen bijeenkomen, vaak voorzien van een station en/of een rangeerterrein
    • Vaak zijn er aparte knooppunten voor personenvervoer en voor goederenvervoer. 
  4. (elektrotechniek) punt in een netwerk waar stromen samenkomen of zich verdelen
Synoniemen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[1]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be