kloosterzuster

Uit WikiWoordenboek
1. Een rooms-katholieke kloosterzuster bij een heiligdom op Wikipedia (nl) in Turkije.

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kloos·ter·zus·ter
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kloosterzuster kloosterzusters
verkleinwoord kloosterzustertje kloosterzustertjes

Zelfstandig naamwoord

de kloosterzusterv

  1. (religie) vrouw die met andere vrouwen afgezonderd leeft om zich helammal aan haar godsdienst te wijden
     Aan de binnenkant van de kaft staat dat het boek „behoorde aan de eerbare vrouwe Angela van Vronensteijn” en dat het werd geschreven „op kosten van de eerbare vrouwe Anna van Oestrom, kloosterzuster in Oudwijk”.[2]
Synoniemen
Hyponiemen
Verwante begrippen

Gangbaarheid

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 11 februari 2024 Weblink bron “Museum Catharijneconvent koopt uniek liedboek” (19 augustus 2014) op nu.nl op Wikipedia