klimt in

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • klimt in
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
inklimmen

klimt (…) in

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inklimmen
    • Jij klimt in. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van inklimmen
    • Hij klimt in. 
  3. (verouderd) gebiedende wijs meervoud van inklimmen
    • Klimt in! 

Gangbaarheid