klikbaar

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • klik·baar
Woordherkomst en -opbouw
stellend vergrotend overtreffend
onverbogen klikbaar klikbaarder klikbaarst
verbogen klikbare klikbaardere klikbaarste
partitief klikbaars klikbaarders -

Bijvoeglijk naamwoord

klikbaar

  1. aanklikbaar, met de mogelijkheid om op een internetpagina d.m.v. een muis een link aan te klikken
    • Enkele berichten rond de familie Gaddafi zijn nog niet helemaal bevestigd, maar de BBC heeft zo goed en kwaad als het kan de stamboom aangepast. Klikbaar, en met korte biografieën. [1] 
  2. wat ergens aan vast te klikken is
    • Optionele extra’s als een klikbaar toetsenbord -annex-dockingstation. [2] 

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. NRC 20 oktober 2011
  2. Marc Hijink NRC 27 januari 2010