kleurenzien
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: kleurenzien (hulp, bestand)
Woordafbreking
- kleu·ren·zien
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van kleur en zien met het invoegsel -en-
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kleurenzien | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
het kleurenzien o
- het vermogen om kleuren te kunnen onderscheiden
- Iemand die kleurenblindheid heeft heeft een beperking in het kleurenzien
Gangbaarheid
- Het woord 'kleurenzien' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.