kinderhand

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kin·der·hand
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kinderhand kinderhanden
verkleinwoord kinderhandje kinderhandjes

Zelfstandig naamwoord

kinderhand v / m [2]

  1. (anatomie) hand van een kind
    • De uitgestrekte kinderhand (of voet) moet gemakkelijk in het schaaltje passen.[3] 
Uitdrukkingen en gezegden
  • Een kinderhand is gauw gevuld
Kinderen zijn al snel tevreden
Vertalingen

Gangbaarheid

99 % van de Nederlanders;
99 % van de Vlamingen.[4]

Verwijzingen

  1. kinderhand op website: Etymologiebank.nl
  2. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  3. Nederlands: Handleiding voor de Happy Hands 3D Deluxe, 10-01-2014
  4. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be