kerstvoorstelling

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kerst·voor·stel·ling
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kerstvoorstelling kerstvoorstellingen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de kerstvoorstellingv

  1. (kerst) een voorstelling die gegeven wordt rond de kerstdagen
    • Ter afronding van het jaar gaven de kinderen een kerstvoorstelling. 
  2. (kerst) een uitbeelding van een kerstverhaal of andere voorstelling in kerstsfeer
    • Het kerstvoorstelling werd vol bewondering door het publiek bekeken.