kerstboomfeesten

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kerst·boom·fees·ten
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

de kerstboomfeestenmv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord kerstboomfeest
     Ook op christelijke concerten, en bij christelijke kerstboomfeesten, vertoonde zij zich plichtmatig.[1]

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 2 april 2020 Weblink bron Uit Christelijke Kringen. in: De Hollandsche Lelie., jrg. 24 nr. 12 (21 September 1910), L. J. Veen, Amsterdam, p. 185