kenau

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ke·nau
Woordherkomst en -opbouw
  • eponiem van de 16e-eeuwse Nederlandse verzetsstrijdster Kenau Simons op Wikipedia (nl), in de betekenis van ‘manwijf’ voor het eerst aangetroffen in 1660 [1]
enkelvoud meervoud
naamwoord kenau kenaus
verkleinwoord kenautje kenautjes

Zelfstandig naamwoord

de kenauv

  1. moedige, sterke of strijdlustige vrouw, een vrouw met haar op haar tanden
  2. (pejoratief) bazige, onvriendelijke vrouw
    • Wat een kenau is dat, zeg! 
Synoniemen
Anagrammen
Vertalingen

Gangbaarheid

85 % van de Nederlanders;
33 % van de Vlamingen.[2]

Meer informatie

Verwijzingen