kasuarissen

Nederlands

helmkasuaris (Casuarius casuarius)

Uitspraak

• Geluid:  kasuarissen    (hulp, bestand)

• (IPA in voorbereiding)

Woordafbreking

• ka·su·a·ris·sen

Woordherkomst en -opbouw

•  kasuaris zn  met de uitgang -en

	enkelvoud	meervoud
naamwoord		kasuarissen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de kasuarissen mv

1. meervoud van het zelfstandig naamwoord kasuaris
2. meervoudsvorm als officiële benaming (loopvogels) Casuarius  een geslacht van grote loopvogels uit de familie Casuariidae  (kasuarissen en emoes). Een kasuaris is een stevig gebouwde, vleugelloze vogel. Hij komt voor in het regenwoud van Australië, Nieuw-Guinea en op de nabijgelegen eilanden. Kasuarissen zijn alleseters. Op de grond en aan laag hangende takken zoeken ze naar vruchten, maar ook paddenstoelen, insecten, kikkers, slangen en andere kleine diersoorten staan op het menu. Een helmkasuaris kan naar schatting 40 tot 50 jaar oud worden

Hyperoniemen

• [2] loopvogels, vogels, viervoeters, gewervelden, chordadieren, dieren

Hyponiemen (in taxonomische zin)

• [2] dwergkasuaris, helmkasuaris, oranjehalskasuaris

Afgeleide begrippen

• kasuarisral

Gangbaarheid

• Het woord kasuarissen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Meer informatie

• Zie Wikipedia voor meer informatie.