kassiewijle

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  kassiewijle    (hulp, bestand)
• IPA: /kɑsiˈwɛilə/

Woordafbreking

• kas·sie·wij·le

Woordherkomst en -opbouw

• Herkomst: Bargoens

	stellend
onverbogen	kassiewijle
verbogen

Bijvoeglijk naamwoord

kassiewijle

1. (Jiddisch-Hebreeuws) verdwenen
2. (Jiddisch-Hebreeuws) dood

Schrijfwijzen

• kassiewijlen (tussen 1990 en 1996 per abuis vermeld in de officiële Woordenlijst Nederlandse Taal)

Synoniemen

• kassieweine, kasjeweine, gasjeweine (uitspraakvarianten)

Verwante begrippen

• Hebreeuws: Hasjivenoe
• Jiddisj: asjeweine, hasjeweine

Gangbaarheid

• Het woord kassiewijle staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "kassiewijle" herkend door:

85 %	van de Nederlanders;
11 %	van de Vlamingen.