kanskaart

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

kanskaart: verlaat de gevangenis zonder te betalen
Uitspraak
Woordafbreking
  • kans·kaart
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kanskaart kanskaarten
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de kanskaartv / m

  1. een type kaart uit het bordspel Monopoly
    • Michal Ott zal de manier waarop zij ten huwelijk werd gevraagd niet snel vergeten. Justin Lebon liet een Monopoly-spel maken gebaseerd op hun leven. Een van de kanskaarten bevatte de vraag: ,,Wil je met mij trouwen?"[1] 
  2. kaart waarop staat hoe verloedert een buurt is
    • De kanskaart meet op een landelijk uniforme manier hoe een buurt - eigenlijk een postcodegebied - ervoor staat op allerlei aspecten van verloedering. Die gegevens komen uit de Politiemonitor, een grootschalige enquête waarin mensen bijvoorbeeld wordt gevraagd of zij in hun buurt graffiti zien of dronken mensen op straat, last hebben van groepen jongeren of van hondenpoep. Verder zijn voor woningen en bewoners relevante kenmerken van gebieden in kaart gebracht. [2] 
Vertalingen

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
92 % van de Vlamingen.[3]

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Tubantia 29-SEPTEMBER-2015
  2. NRC Dick van Eijk 26 juli 2006
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be