kandidaatschap

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kan·di·daat·schap
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kandidaatschap kandidaatschappen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

kandidaatschap o [1]

  1. het kandidaat zijn
     Sommige Conservatieven maakten dit vanavond publiekelijk bekend, onder wie oud-minister Jeremy Hunt, die zelf ooit een gooi deed naar het kandidaatschap van de Tories. Hij zei op Twitter dat hij "voor verandering" had gestemd.[2]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Bronlink geraadpleegd op 17 september 2022 Weblink bron “Premier Johnson mag aanblijven, overleeft vertrouwensstemming eigen partij” (Maandag 6 juni 2022), NOS