kalfskotelet

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • kalfs·ko·te·let
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord kalfskotelet kalfskoteletten
verkleinwoord kalfskoteletje kalfskoteletjes

Zelfstandig naamwoord

de kalfskoteletv / m

  1. (voeding) kotelet van kalfsvlees
    • Geroosterde of gegrillde kippenpoten, ribkarbonades of kalfskoteletten passen goed bij deze stamppot. Ook gebakken scholletjes, kibbeling of lekkerbekjes van de warme visboer om de hoek willen graag gezien worden met deze warme zomerstamp van kruimige piepers en krokante komkommer. [1] 
Synoniemen
Hyperoniemen

Gangbaarheid

Verwijzingen

  1. NRC Florine Boucher 20 augustus 1997