kalfkoe

Nederlands

Uitspraak

• Geluid:  kalfkoe    (hulp, bestand)

Woordafbreking

• kalf·koe

Woordherkomst en -opbouw

• samenstelling van  kalf zn  en  koe zn 

	enkelvoud	meervoud
naamwoord	kalfkoe	kalfkoeien
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

kalfkoe v

1. zwangere koe

   ▸ Uit sectie op het kalf door de Faculteit Diergeneeskunde van de Universiteit Utrecht bleek dat de kalfkoe 259 dagen drachtig was en dus niet vervoerd had mogen worden. De grens ligt bij 250 dagen bij transport door de lucht. Ook hiervoor kregen de verantwoordelijke personen en ondernemingen proces-verbaal.

2. koe die gehouden wordt voor het fokken

Gangbaarheid

• Het woord kalfkoe staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

• In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "kalfkoe" herkend door:

57 %	van de Nederlanders;
44 %	van de Vlamingen.