kabouter
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- ka·bou·ter
Woordherkomst en -opbouw
- vermoedelijk cognaat met kobold, in Middelnederlands aangetroffen als bijnaam cabotere en cobbout, in de betekenis van ‘aardmannetje’ voor het eerst aangetroffen in 1573 [1] [2] [3]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | kabouter | kabouters |
verkleinwoord | kaboutertje | kaboutertjes |
Zelfstandig naamwoord
kabouter m
- (folklore) sprookjesfiguur in de vorm van een klein mannetje, traditioneel met een puntmuts dat meestal wat mensenschuw is en zich plagerig of juist vriendelijk gedraagt
- (scouting) padvindster met een leeftijd tussen 7 en 11 jaar
In Nederland worden vanaf 2010 zowel jongens als meisjes in deze leeftijdsgroep welp genoemd.
Verwante begrippen
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
1. goedaardig kwelgeest, verzinsel, klein mannetje met puntmuts
Gangbaarheid
- Het woord kabouter staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "kabouter" herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[4] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- ↑ kabouter op website: Etymologiebank.nl
- ↑ "kabouter" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 8
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Woorden met 3 lettergrepen in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands met IPA-weergave
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Folklore in het Nederlands
- Scouting in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 100 %
- Prevalentie Vlaanderen 99 %