Naar inhoud springen

justitie

Uit WikiWoordenboek
  • jus·ti·tie
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘rechterlijke macht’ voor het eerst aangetroffen in 1276 [1]
  • [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord justitie -
verkleinwoord - -

dejustitiev

  1. (regering) de macht waar binnen een territoriaal gebied de rechtspraak aan toegewezen is
    • Dit is duidelijk een zaak voor justitie. 
     De Nederlandse minister van Justitie, Van Weel, ontmoette paus Franciscus gisteren nog. "Een heel bijzonder moment", schrijft Van Weel op X. Ook hij noemt de dood van de paus verdrietig nieuws. "Mijn gedachten zijn bij allen die geraakt zijn door zijn overlijden."[3]
99 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.[4]