junctie
Uiterlijk
- junc·tie
- Leenwoord uit het Latijn, in de betekenis van ‘verbinding’ voor het eerst aangetroffen in 1872 [1]
- van het Latijnse iunctio (verbinding, combinatie) [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | junctie | juncties |
verkleinwoord | - | - |
de junctie v
- Het woord junctie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek uit 2013 van het Centrum voor Leesonderzoek werd "junctie" herkend door:
77 % | van de Nederlanders; |
80 % | van de Vlamingen.[3] |
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
- ↑ "junctie" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ junctie op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be