jubilant

Uit WikiWoordenboek

Engels

Uitspraak

Bijvoeglijk naamwoord

jubilant

  1. juichend, uitgelaten, in juichstemming verkerend
    «Team USA shared videos of the jubilant dressing-room celebrations, which followed the 2-0 win over the Netherlands on Sunday in the 2019 FIFA Women’s World Cup final.»
    De Amerikaanse ploeg deelde video's van de uitgelaten feeststemming in de kleedkamer, na de 2-0 overwinning over Nederland in de finale van de FIFA-wereldbeker voor vrouwen van 2019.