jonggestorven
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- jong·ge·stor·ven
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van jong bw en gestorven bn
stellend | |
---|---|
onverbogen | jonggestorven |
verbogen | |
partitief | jonggestorvens |
Bijvoeglijk naamwoord
jonggestorven
- op jonge leeftijd overleden
- ▸ Hij vertelt haar over raften op de rivier, over de geur van zaagsel en het geknisper van de krekels, over de wijsheid van zijn jonggestorven vrouw.[1]
- ▸ Bij de onthulling op 2 maart 2019 spreekt Gerrit de wens uit dat nabestaanden van de slachtoffers misschien nu eindelijk te weten komen wat er met hun jonggestorven familieleden is gebeurd. Het lukt, dankzij de social media. Jane Stenhouse: ,,De oproep kwam toevallig bij ons binnen op de sterfdag van mijn vader. Alsof het zo moest zijn.”[2]
Gangbaarheid
- Het woord jonggestorven staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
- ↑ Carla de Jong“Geheim leven” (2019), Ambo Anthos, ISBN 9789026346132
- ↑ Weblink bron Sander Grootendorst“Gerrit Smit (83) blijft piloot Jacky dankbaar dat hij Halifax buiten Voorst liet crashen” (02-03-2020), Tubantia