jongelui

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • jon·ge·lui
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord jongelui
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de jongeluimv

  1. aanspreektitel voor een groep jongeren
    • In het weekend scheuren hier jongelui met auto's door de straten. 
Vertalingen

Zelfstandig naamwoord

de jongeluimv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord jongeman

Gangbaarheid

100 % van de Nederlanders;
100 % van de Vlamingen.[1]

Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be