jonge
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- jon·ge
Bijvoeglijk naamwoord
jonge
- verbogen vorm van de stellende trap van jong
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | jonge | jongen |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
jonge m
- iemand die jong is
- Heb je het aan die jonge gevraagd of aan die oudere?
- ▸ Ik verbaasde me erover hoe een aantal jonge hikers buiten met de naderende storm omgingen. Ze maakten uitgebreid filmpjes en juichten bij elke donderslag terwijl ik juist dieper in mijn slaapzak kroop. Ik voelde me klein en uiterst kwetsbaar.[1]
Werkwoord
vervoeging van |
---|
jongen |
jonge
- aanvoegende wijs van jongen
Gangbaarheid
- Het woord jonge staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "jonge" herkend door:
94 % | van de Nederlanders; |
91 % | van de Vlamingen.[2] |
Verwijzingen
- ↑ Tim Voors“Alleen, De Pacific Crest Trail te voet van Mexico naar Canada”, eBook: Mat-Zet bv, Soest (2018),
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 5
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Bijvoeglijknaamwoordsvorm in het Nederlands
- Zelfstandig naamwoord in het Nederlands
- Werkwoordsvorm in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal
- Prevalentie Nederland 94 %
- Prevalentie Vlaanderen 91 %