jobbeurs

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • job·beurs
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord jobbeurs jobbeurzen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de jobbeursv / m

  1. bijeenkomst waar verschillende bedrijven laten zien welke vacatures ze hebben
    • De tweede editie van de Jobbeurs Oost-Vlaanderen die op 26 april doorgaat in Flanders Expo wordt een succes. Tenminste, dat mag je aannemen op basis van de eerste editie vorig jaar die meer dan 1.000 bezoekers trok. Voor wie is een bezoekje aan de Jobbeurs een must?[1] 
    • Op donderdag 22 maart vindt in Brussels Expo de gloednieuwe Job Fair Brussels plaats. Het gaat om een nationale jobbeurs, een samenwerking tussen Jobat en Références. Je kunt er workshops volgen, netwerken met HR-managers en hen persoonlijk je cv overhandigen.[2] 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

68 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[3]

Verwijzingen

  1. de Standaard 23/04/2018 om 10:35 door (wdh) Jobbeurs Oost-Vlaanderen: speeddaten met 25 aantrekkelijke werkgevers
  2. de Standaard 19/03/2018 om 10:21 door (wv) Jobat organiseert eerste editie Job Fair Brussels
  3. Bronlink geraadpleegd op 28 april 2020 Door archive.org gearchiveerde versie van 21 oktober 2019 “Word Prevalence Values” op ugent.be