inzichtelijkers
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: inzichtelijkers (hulp, bestand)
- IPA: /ɪnˈzɪxtələkərs/
Woordafbreking
- in·zich·te·lij·kers
Woordherkomst en -opbouw
- inzichtelijker met de uitgang -s
Bijvoeglijk naamwoord
inzichtelijkers
- partitief van de vergrotende trap van inzichtelijk