inviterende

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • in·vi·te·ren·de

Werkwoord

vervoeging van: inviteren
verbogen vorm: inviterendee

inviterende

  1. verbogen vorm van inviterend, het onvoltooid deelwoord van inviteren

Gangbaarheid


Noors

Uitspraak
Woordafbreking
  • in·vi·te·ren·de
Woordherkomst en -opbouw
  1. Bijvoeglijk gebruik van het onvoltooid deelwoord van het Noorse werkwoord invitere
  2. Werkwoord: Noorse bivoeglijknaamwoordsvorm en werkwoordsvorm met het voorvoegsel in-, met het achtervoegsel -ere en met het achtervoegsel -ende
Naar frequentie 64362
stellend vergrotend overtreffend
onbepaald
(sterk)
m/v enkelvoud inviterende - - - - - -
o enkelvoud inviterende
meervoud inviterende
bepaald
(zwak)
enkelvoud en
meervoud
inviterende - - - - - -

Bijvoeglijk naamwoord

inviterende

  1. inviterend, uitnodigend

Werkwoord

inviterende

  1. onvoltooid (tegenwoordig) deelwoord van invitere