intuïtie

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • in·tuï·tie, in·tu·itie
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord intuïtie intuïties
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

de intuïtiev

  1. direct inzicht zonder nadenken (of waarnemen)
     Het draait niet alleen maar om praktische vaardigheden. Overleven bestaat ook uit je zintuigen openstellen en op je intuïtie vertrouwen.[4]
Verwante begrippen
  1. intuïtief, intuïtionisme
Vertalingen

Gangbaarheid

98 % van de Nederlanders;
98 % van de Vlamingen.[5]

Meer informatie

Verwijzingen