interventie
Naar navigatie springen
Naar zoeken springen
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: interventie (hulp, bestand)
Woordafbreking
- in·ter·ven·tie
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘tussenkomst van buitenaf’ voor het eerst aangetroffen in 1592 [1]
- [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | interventie | interventies |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
interventie v
- tussenkomst
- In de eerste plaats is het bedoeld om professionals die met multiprobleemgroepen werken, gereedschappen te geven waarmee zij kritisch kunnen nadenken over hun interventies, over de dilemma's die ze daarin tegenkomen en over de wisselwerking tussen hun handelingen en die van hun doelgroep. [3]
- (medisch) ingreep
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
Vertalingen
1. ingreep
Gangbaarheid
- Het woord interventie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd "interventie" herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen.[4] |
Meer informatie
- Zie Wikipedia voor meer informatie.
Verwijzingen
- ↑ "interventie" in: Sijs, Nicoline van der, Chronologisch woordenboek. De ouderdom en herkomst van onze woorden en betekenissen, 2e druk, Amsterdam / Antwerpen: Veen, 2002; op website dbnl.org; ISBN 90 204 2045 3
- ↑ interventie op website: Etymologiebank.nl
- ↑ Rothfusz, Jacqueline Potensia [2016] ISBN 978-90-367-9467-1 pagina 11
- ↑
Weblink bron Gearchiveerde versie “Word Prevalence Values” op ugent.be