interrogatief
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- in·ter·ro·ga·tief
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van interrogatie met het achtervoegsel -ief
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | interrogatief | interrogatieven |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
het interrogatief o
- (taalkunde) vragend voornaamwoord
- (taalkunde) vragende vorm
stellend | |
---|---|
onverbogen | interrogatief |
verbogen | interrogatieve |
Bijvoeglijk naamwoord
interrogatief
Gangbaarheid
- Het woord 'interrogatief' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.