internationaliseren
Nederlands
Uitspraak
Woordafbreking
- in·ter·na·ti·o·na·li·se·ren
Woordherkomst en -opbouw
- afgeleid van het Franse internationaliser (met het voorvoegsel inter- en met het achtervoegsel -iseren) [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
internationaliseren |
internationaliseerde |
geïnternationaliseerd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
internationaliseren
- overgankelijk internationaal maken
Afgeleide begrippen
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord internationaliseren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
Verwijzingen
Categorieën:
- Woorden in het Nederlands
- Woorden in het Nederlands van lengte 19
- Woorden in het Nederlands met audioweergave
- Voorvoegsel inter- in het Nederlands
- Achtervoegsel -iseren in het Nederlands
- Zwak werkwoord (-d) in het Nederlands
- Werkwoord in het Nederlands
- Niet-samengesteld werkwoord in het Nederlands
- Overgankelijk werkwoord in het Nederlands
- Woordenlijst Nederlandse Taal