integreerde
Nederlands
Uitspraak
- Geluid: integreerde (hulp, bestand)
Woordafbreking
- in·te·greer·de
Werkwoord
vervoeging van |
---|
integreren |
integreerde
- enkelvoud verleden tijd van integreren
- Ik integreerde.
- Jij integreerde.
- Hij, zij, het integreerde.
- Ik integreerde.