instantsoep

Uit WikiWoordenboek

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • in·stant·soep
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord instantsoep instantsoepen
verkleinwoord instantsoepje instantsoepjes

Zelfstandig naamwoord

de instantsoepv / m

  1. soep die men maakt door een poeder op te lossen in heet water
     Soep Terwijl het vliegtuig opstijgt, voel ik de stress, het slaapgebrek en dat ik te weinig heb gegeten. Ik merk dat ik langzaam het bewustzijn verlies. Ik pak de kleine hand van Jayden, laat mijn hoofd hangen en hoop dat de duizeligheid zal verdwijnen. Ik probeer mijn flesje water te pakken. Zodra het vliegtuig weer recht vliegt, krijg ik een slok Kool Aid en een kopje instantsoep. Soep heeft me nog nooit zo goed gesmaakt en de warme vloeistof doet me herleven.[1]

Gangbaarheid


Verwijzingen

  1. Bronlink geraadpleegd op 17 november 2022 Weblink bron
    NOS Nieuws
    “Weg uit Haïti: blijdschap en dankbaarheid” (Zaterdag 16 januari 2010, 22:08), NOS