innbyggjar

Uit WikiWoordenboek

Nynorsk

Uitspraak
Woordafbreking
  • inn·bygg·jar
Woordherkomst en -opbouw
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   innbyggjar     innbyggjaren     innbyggjarar     innbyggjarane  

Zelfstandig naamwoord

innbyggjar, m

  1. bewoner, burger, ingezetene, inwoner, staatsburger
    «Noreg har over 4 millionar innbyggjarar
    Noorwegen heeft meer dan 4 miljoen inwoners.
Schrijfwijzen
  1. hoofd van de bevolking
    «Fire fylkeskommunar vinn over 100 kroner per innbyggjar på endringane.»
    Vier provincies winnen door de veranderingen meer dan 100 dollar per hoofd van de bevolking.
Synoniemen

Verwijzingen

  • [1]: Zie de Nynorske Wikipedia: Innbyggjar voor meer informatie.